Er zijn van die dagen die je het liefste heel snel wilt vergeten en er zijn van die dagen die gewoon opgeschreven moeten worden. Gisteren was het zo’n dag en die begon al om vijf uur! Normaal zou dit een dag zijn die ik heel hard had willen vergeten, maar toen ik mijn moeder aan de telefoon had moest ik heel hard lachen. Eigenlijk wil ik vandaag dus helemaal niet vergeten.
Five o’clock
Ik zei al, mijn dag begon om vijf uur. Het was al licht en ik lag in een diepe slaap toen ik ineens Eva iets boos hoorde roepen. De klok zei dat het vijf uur was en dus dat ik maar even moest kijken. Als zoiets om half zeven gebeurt, laat ik het vaak lekker op zijn beloop, maar om vijf uur moesten de meiden echt nog even gaan slapen. Ik stap dan ook met een diepe zucht mijn bed uit. Wat bleek, Eva moest plassen en Liza had stiekem toen haar nachtlampje gestolen. In hun kamer was het nog donker en Eva was wakker en wilde lezen. Na veel gesteggel en gehuil, gaf Liza toe dat ze het lampje gepakt had en gaf hem terug. Liza’s lampje vond ik en zo trok ik de deur weer achter me dicht. Op naar hopelijk nog 1,5 uur slaap.
Op schoolreisje
Helaas die anderhalf uur heb ik niet meer gered. Eva stond al om 6 uur aan mijn bed dat ze aangekleed was en of ze naar boven mocht. Daarna viel ik nog wel in slaap maar dat had ik beter niet kunnen. Wat na een half uur slaap, om half zeven ging toch echt de wekker. Ik moest aan de bak. Eva naar school, Liza had een schoolreisje. Met mijn ogen op half zeven overleefde ik dat eerste uur en ik had geluk want hoewel Liza pas later weg zou moeten, kon ze toch al om half 8 naar haar vriendje. Wat zou ik doen? Terug in mijn bed? Oh dat was wel echt verleidelijk! Maar de hond wilde naar buiten. Hij liep te piepen voor de badkamerdeur terwijl ik aan het plassen was, zo irritant! Dus ik besloot mijn gare bui maar even van me af te spoelen onder de douche. Het was het een of het ander.
Het horrorscenario
Van de douche knapte ik echt op en ging daarna lekker met de hond op pad. Hij luisterde echt prima. Ik liet hem lekker los lopen. In mijn ooghoek zag ik een oudere man lopen, maar ik verwachtte niet dat Jones hem zou zien. Verkeerd gedacht. Al snel rende hij van me vandaan, recht naar die man die met een stok liep! En terwijl ik dacht dat hij zo tegen die man zou rennen, die man omver zou vallen en Jones daarna boven op hem zou springen onder luid geblaf (ik zag alle horrorscenario’s zo voor me in die paar seconden), rende hij die man straal voorbij! Alsof hij wist dat ik het niet wilde hebben en dan toch maar besloot om naar me te luisteren. Oh wat was ik trots op hem! Die meneer is niet gevallen, Jones sprong natuurlijk de straat over en was niet overreden en uiteindelijk kwam hij ook nog eens gezellig terug naar me!
Onderweg naar huis hebben we nog een aanvaring met een koe (hij rende op ons af) en kroop er ineens een egel uit de bosjes. Ik schrok me dood, die egel was groot. En ik heb ergens een beetje respect voor egels. Onze oude hond Mello, wilde altijd egels eten en het idee dat die egels zoveel ongedierte meenemen, jaagt me stiekem de stuipen op het lijf. Jones verblikte of verbloosde niet en terwijl ik snel voorbij dat beest loop, bedenk ik me dat ik een egel alleen nog maar ’s nachts voorbij heb zien lopen of dood op de weg heb zien liggen. Ik besluit terug te lopen en dat grote beest even goed te bekijken. Natuurlijk zie ik nu alleen zijn stekels, die is zich rot geschrokken van mijn gestamp een paar seconden geleden.
In mijn beste Italiaans
Eenmaal thuis zag ik de vuilniszakken die Floris pontificaal bij de auto had neergezet. De boodschap hierbij was duidelijk: ga naar de stort! Ik besloot dan ook maar gelijk te gaan. En na de stort wilde ik ook nieuwe planten voor het balkon kopen en reed ik door naar het tuincentrum. Daarna gauw door naar de supermarkt voor wat boodschappen. Bij de auto komt er een jongen met een ouder echtpaar naar me toe gerend. Of ik Frans sprak? Want hij kon die mensen niet helpen. De wanhoop was in zijn ogen te zien. Ik spreek geen Frans, geen woord. Maar ik kan het wel in het Engels proberen? “Probeer maar, ik moet er vandoor” en weg was hij.
Het echtpaar begon in luid Italiaans tegen me te praten inclusief wilde handgebaren. Ik spreek geen Frans, en al helemaal geen Italiaans! Uiteindelijk kwam ik erachter dat ze naar de trein moesten en ze niet wisten hoe ze daar moesten komen. Leg dat maar eens uit! Ik stond met mijn mond vol tanden. Ik ken wel mensen die Italiaans spreken, maar kon ik die bellen? Terwijl ik met handen en voeten in het Engels, Duits en Nederlands aan het proberen was, wordt er ineens getoeterd. Stonden we voor een parkeerplaats waar net iemand in wilde. Mijn redder in nood! De man van mijn ‘Italiaans sprekende’ vriendin. Wat een toeval. Natuurlijk wilde hij helpen. Die mevrouw gebruikte alle mimiek die ze in haar gezicht had, bewoog met haar handen alsof ze in een wespennest had gegraaid en er kwam een taal uit, waar ik echt met mijn volle verstand geen touw aan kon vastknopen. En hij? ‘Ahh je moet naar de trein. Dat is een half uurtje lopen (dat verstond ik!) en die mensen knikten goedkeurend (en ik wilde ze met de bus sturen! Hahaha). Hij wees ze de weg en dankbaar ging het echtpaar op pad. Maar niet voordat de man mij vertelde dat hij dertig jaar geleden in Zwitserland gewoond had, en dat hij niet zo snel meer op de Duitse woorden kon komen. Dat was zo onwijs schattig. Ik hoop dat ze de trein gevonden hebben. En nu ik dit opschrijf bedenk ik dat ik die beste mensen, best even had kunnen brengen.
Dat was alleen nog maar de helft van mijn ochtend! Wat zou de rest dag mij nog brengen?
De rest van de dag was redelijk rustig. Ik besloot na mijn ontbijt het gras te maaien. Eva kwam om 12 uur al thuis en had de middag verder vrij. Zij ging lootjes verkopen voor het dorpsfeest en hield me via de walkietalkie lekker op de hoogte. Anderhalf uur later stond ze weer op de stoep met twee vriendjes. Liza haalde ik op van school, moe, maar gezellig en na wat spelen in de tuin, gingen de vriendjes weer op naar huis en gingen de dames samen op pad. Schijnbaar hadden ze later de hele straat meegenomen om de lootjes te verkopen. Ook leuk. En verkocht hebben ze hoor! Eva haalde in twee middagen lootjes verkopen iets van 280 frank op! Die heeft op het dorpsfeest wel een ijsje verdiend.
Hoe gaat die barbecue aan?
Terwijl de meiden lekker op pad waren met elkaar en ik de tuin helemaal gemaaid had, bedacht ik me dat het misschien handig was als ik de barbecue alvast aan zou doen. Dan zouden we op tijd kunnen eten en konden de meiden op een normale tijd naar bed. Goed idee, maar ik barbecue nooit. Wij hebben hier in huis zo’n traditionele rolverdeling en ik steek dus nooit de barbecue aan. Oeps. Floris legde me gauw uit wat ik moest doen en ik ging aan de slag. De barbecue op een tochtvrije plek. Ik had de aanmaakblokjes bij de hand, briketten uit de auto gehaald en een aansteker opgezocht. Stom dat ik in al die jaren nog nooit een barbecue aangemaakt heb. Ik bedacht me dat ik wel wat assertiever mag zijn wat dat betreft. Ik was alleen wat vergeten. Terwijl ik de aanmaakblokjes aansteek en er enorme vlammen uitkomen, kom ik erachter dat ik bang voor vuur ben (ooit een keer mijn t-shirt in de fik gehad)! Ojaaaaaaa… Daarom barbecue ik niet. Ik hou niet van die oncontroleerbare vlammen! Oeps! Gelukkig waren die vlammen snel uit toen ik alle briketten uit de zak erop leegde. Weg vuur. Mijn tweede poging verliep gelukkig wat soepeler. Ik schrok niet meer van die enorme vlammen en de briketten lagen er al snel netjes bovenop. Dat deed ik gewoon. En na een half uurtje waren de briketten warm en dacht ik dat de spareribs er wel op konden. Op dat moment kwam Floris thuis en kon hij het mooi van me overnemen.
Zo dit was een klein deel van mijn dag. Op sommige momenten best hilarisch toch?
Comments